Onderzoek: Leven Lang Leren 2022
In dit onderzoek is de deelname aan een Leven Lang Leren van de werkende beroepsbevolking in Nederland en Europa grondig onder de loep genomen.
Onder de deelname aan een Leven Lang Leren vallen alle onderwijsactiviteiten die personen recent gevolgd hebben. Het kan dan gaan om formele opleidingen en/of niet-formele onderwijsactiviteiten zoals cursussen, trainingen, workshops of privélessen.
Er is specifiek gekeken naar de leeftijdsgroep tussen de 25 en 65 jaar, omdat ook de Europese data gebaseerd is op deze bevolkingsgroepen.
De belangrijkste uitkomsten
De top 5 sectoren m.b.t. deelname aan een Leven Lang Leren in 2021:
- Energievoorziening (43,2%)
- Onderwijs (40,5%)
- Financiële dienstverlening (39,8%)
- Openbaar bestuur en overheidsdiensten (36,0%)
- Gezondheids- en welzijnszorg (35,4%)
Direct naar:
De cijfers →
Conclusies en interpretatie →
Onderzoeksmethode →
Inhoudsopgave
De cijfers
Nederland vs Europa
Eurostat (het bureau voor de statistiek van Europa) houdt sinds 2010 per land bij welk percentage van de werkende beroepsbevolking tussen de 25 en 65 jaar in de vier weken voorafgaand aan een enquête deelnam aan formeel of niet-formeel onderwijs.
In onderstaande tabel is het percentage, de positie o.b.v. het deelnemingspercentage en het verschil in positie ten opzichte van het voorgaande jaar te zien.
Land | 2020 | 2021 | ||||
Deelname | Positie | Positie t.o.v. 2019 | Deelname | Positie | Positie t.o.v. 2020 | |
Zweden | 26,8% | 3 | ⬇ -1 | 33,4% | 1 | ⬆ +2 |
Finland | 28,3% | 2 | ⬆ +1 | 31,7% | 2 | ◼ |
Nederland | 19,9% | 4 | ⬆ +5 | 28,8% | 3 | ⬆ +1 |
Zwitserland | 29,5% | 1 | ◼ | 24,4% | 4 | ⬇ -3 |
IJsland | 19,7% | 5 | ◼ | 23,1% | 5 | ◼ |
Denemarken | 19,5% | 6 | ⬇ -2 | 21,7% | 6 | ◼ |
Slovenië | 9,0% | 16 | ⬇ -2 | 21,5% | 7 | ⬆ +9 |
Noorwegen | 16,3% | 9 | ⬆ +1 | 20,0% | 8 | ⬆ +1 |
Estland | 17,4% | 7 | ◼ | 19,4% | 9 | ⬇ -2 |
Luxemburg | 17,1% | 8 | ◼ | 18,1% | 10 | ⬇ -2 |
Malta | 12,6% | 11 | ⬆ +1 | 15,9% | 11 | ◼ |
Oostenrijk | 11,9% | 12 | ⬇ -1 | 15,3% | 12 | ◼ |
Spanje | 11,0% | 14 | ⬆ +2 | 14,8% | 13 | ⬆+1 |
Ierland | 11,1% | 13 | ◼ | 13,8% | 14 | ⬇ -1 |
Portugal | 10,4% | 15 | ◼ | 13,0% | 15 | ◼ |
Frankrijk | 14,2% | 10 | ⬇ -4 | 11,9% | 16 | ⬇ -6 |
Italië | 7,6% | 18 | ⬇ -1 | 11,4% | 17 | ⬆ +1 |
Cyprus | 4,1% | 25 | ⬇ -1 | 10,7% | 18 | ⬆ +7 |
België | 7,3% | 20 | ⬇ -1 | 10,5% | 19 | ⬆ +1 |
Litouwen | 7,9% | 17 | ⬆ +3 | 9,6% | 21 | ⬇ -3 |
Letland | 7,0% | 21 | ◼ | 9,3% | 20 | ◼ |
Duitsland | 7,4% | 19 | ⬆ +3 | 7,5% | 22 | ⬇ -3 |
Polen | 4,2% | 24 | ⬆ +1 | 6,4% | 23 | ⬆ +1 |
Roemenië | 0,8% | 31 | ◼ | 6,3% | 24 | ⬆ +7 |
Hongarije | 5,5% | 23 | ◼ | 6,2% | 25 | ⬇ -2 |
Tsjechië | 5,8% | 22 | ⬇ -4 | 6,1% | 26 | ⬇ -4 |
Kroatië | 3,0% | 28 | ◼ | 5,5% | 27 | ⬆ +1 |
Slowakije | 2,8% | 29 | ⬇ -3 | 5,2% | 28 | ⬆ +1 |
Servië | 3,1% | 27 | ◼ | 4,8% | 29 | ⬇ -2 |
Griekenland | 3,4% | 26 | ⬆ +3 | 2,8% | 30 | ⬇ -4 |
Bulgarije | 1,1% | 30 | ◼ | 1,2% | 31 | ⬇ -1 |
Bron: Eurostat, Participation rate in education and training (employed) |
Nederland vs België en Duitsland
In de tabel hieronder is af te lezen dat er onder de werkende beroepsbevolking in Nederland aanzienlijk meer wordt deelgenomen aan scholingsactiviteiten dan in België en Duitsland.
Land | 2019 | 2020 | 2021 |
Nederland | 20,8% | 19,9% | 28,8% |
België | 8,3% | 7,3% | 10,5% |
Duitsland | 7,9% | 7,4% | 7,5% |
Bron: Eurostat, Participation rate in education and training (employed) |
Leven Lang Leren per sector
Onderstaande tabel laat zien hoe het deelnemingspercentage aan een Leven Lang Leren in 2021 verschilt tussen verschillende sectoren. De positie 2021 is bepaald op basis van het hoogste deelnemingspercentage.
Branche | Deelname | Positie 2021 | Positie t.ov. 2020 |
Gemiddelde | 28,8% | ||
Energievoorziening | 43,2% | 1 | ⬆ +4 |
Onderwijs | 40,5% | 2 | ◼ |
Financiële dienstverlening | 39,8% | 3 | ⬇ -2 |
Openbaar bestuur en overheidsdiensten | 36,0% | 4 | ⬆ +2 |
Gezondheids- en welzijnszorg | 35,4% | 5 | ⬇ -2 |
Informatie en communicatie | 34,5% | 6 | ⬆ +2 |
Verhuur en handel van onroerend goed | 34,3% | 7 | ⬇ -3 |
Specialistische zakelijke diensten | 31,3% | 8 | ⬆ +1 |
Delfstoffenwinning | 30,8% | 9 | ⬇ -2 |
Overige dienstverlening | 27,1% | 10 | ⬆ +2 |
Cultuur, sport en recreatie | 26,9% | 11 | ⬇ -1 |
Waterbedrijven en afvalbeheer | 26,3% | 12 | ⬇ -1 |
Verhuur en overige zakelijke diensten | 22,7% | 13 | ◼ |
Handel | 21,6% | 14 | ⬆ +2 |
Vervoer en opslag | 20,8% | 15 | ◼ |
Landbouw, bosbouw en visserij | 18,8% | 16 | ⬆ +4 |
Bouwnijverheid | 18,4% | 17 | ⬆ +1 |
Huishoudens | 18,2% | 18 | ⬆ +1 |
Industrie | 18,1% | 19 | ⬇ -2 |
Horeca | 15,2% | 20 | ⬇ -6 |
Extraterritoriale organisaties | 0,0% | 21 | ◼ |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, bedrijfskenmerken |
Onderstaande staafdiagram geeft goed weer hoe de deelnemingspercentages per sector zich tot elkaar en tot het gemiddelde verhouden.
Arbeidsduur: fulltime vs parttime
In onderstaande tabel is te zien dat het deelnemingspercentage aan een Leven Lang Leren in 2021 het hoogst is de bevolkingsgroep die 28 tot 35 uur per week werkt. Het deelnemingspercentage is het laagst in de bevolkingsgroep die 12 tot 20 uur per week werkt.
Arbeidsduur | Deelnemingspercentage 2021 |
Gemiddelde | 28,8% |
Minder dan 12 uur per week | 27,0% |
12 tot 20 uur per week | 24,2% |
20 tot 28 uur per week | 27,4% |
28 tot 35 uur per week | 31,6% |
Voltijd | 28,7% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken |
Arbeidsduur: verschillen op basis van geslacht
In onderstaande tabel is te zien dat het verschil in deelnemingspercentage tussen mannen en vrouwen sterk afhangt van het aantal uren dat iemand per week werkt.
Zo is het deelnemingspercentage bij personen die 28 tot 35 uur per week of voltijd werken duidelijk het hoogst onder vrouwen. Het deelnemingspercentage bij personen die minder dan 12 uur of 12 tot 20 uur per week werken is daarentegen duidelijk het hoogst onder mannen. Bij personen die 20 tot 28 uur per week werken liggen de percentages onder mannen en vrouwen relatief dicht bij elkaar.
Arbeidsduur | Mannen | Vrouwen |
Gemiddelde | 27,0% | 30,8% |
Minder dan 12 uur per week | 33,8% | 24,3% |
12 tot 20 uur per week | 34,4% | 22,5% |
20 tot 28 uur per week | 28,2% | 27,3% |
28 tot 35 uur per week | 28,4% | 33,2% |
Voltijd | 26,5% | 35,0% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken |
Arbeidsduur: verschillen op basis van leeftijd
Het deelnemingspercentage op basis van arbeidsduur verschilt ook per leeftijdsgroep. Zo is het deelnemingspercentage in alle categorieën het hoogst in de leeftijdsgroep van 25 tot 35 jaar.
Ook valt op dat het deelnemingspercentage binnen de leeftijdsgroep van 25 tot 35 jaar het hoogst is onder personen die minder dan 12 uur per week, terwijl het deelnemingspercentage binnen de andere leeftijdsgroepen het hoogst is onder personen die 20 tot 28 uur per week werken.
Arbeidsduur | 25 t/m 35 jaar | 35 t/m 45 jaar | 45 tot 55 jaar | 55 tot 65 jaar |
Gemiddelde | 35,6% | 29,3% | 27,1% | 22,4% |
Minder dan 12 uur per week | 58,3% | 22,0% | 19,6% | 10,0% |
12 tot 20 uur per week | 46,1% | 22,4% | 20,4% | 15,5% |
20 tot 28 uur per week | 34,0% | 27,8% | 27,4% | 21,9% |
28 tot 35 uur per week | 37,6% | 33,1% | 30,6% | 24,3% |
Voltijd | 33,4% | 29,3% | 26,8% | 23,9% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken |
Arbeidsrelatie: vaste arbeidsrelatie, flexibele arbeidsrelatie of zelfstandige
In onderstaande tabel is te zien dat het deelnemingspercentage aan een Leven Lang Leren het hoogst is in de bevolkingsgroep met een flexibele arbeidsrelatie. Het deelnemingspercentage is het laagst in de bevolkingsgroep die als zelfstandige werkt.
Arbeidsrelatie | Deelnemingspercentage 2021 |
Vaste arbeidsrelatie | 27,8% |
Flexibele arbeidsrelatie | 35,2% |
Zelfstandige | 25,5% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken |
Arbeidsrelatie: verschillen op basis van geslacht
In onderstaande tabel is te zien dat de verschillen in deelnemingspercentage tussen mannen en vrouwen ook afhangen van het type arbeidsrelatie (vaste arbeidsrelatie, flexibele arbeidsrelatie of zelfstandige).
Daarbij zit vooral in de groep zelfstandigen een groot verschil. Het deelnemingspercentage onder vrouwen ligt binnen deze groep maar liefst 10,7% hoger dan onder mannen.
Arbeidsrelatie | Mannen | Vrouwen |
Gemiddelde | 27,0% | 30,8% |
Vaste arbeidsrelatie | 26,7% | 29,0% |
Flexibele arbeidsrelatie | 34,9% | 35,6% |
Zelfstandige | 21,7% | 32,4% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken |
Arbeidsrelatie: verschillen op basis van leeftijd
Het deelnemingspercentage op basis van arbeidsrelatie verschilt ook per leeftijdsgroep. Zo is het deelnemingspercentage in alle categorieën het hoogst in de leeftijdsgroep van 25 tot 35 jaar.
Ook valt op dat het deelnemingspercentage binnen de leeftijdsgroep van 55 tot 65 jaar het hoogst is onder personen die als zelfstandige werken, terwijl het deelnemingspercentage binnen de andere leeftijdsgroepen het hoogst is onder personen met een flexibele arbeidsrelatie.
Arbeidsrelatie | 25 t/m 35 jaar | 35 t/m 45 jaar | 45 tot 55 jaar | 55 tot 65 jaar |
Gemiddelde | 35,6% | 29,3% | 27,1% | 22,4% |
Vaste arbeidsrelatie | 32,8% | 29,4% | 27,0% | 22,4% |
Flexibele arbeidsrelatie | 42,9% | 33,1% | 28,7% | 21,1% |
Zelfstandige | 28,0% | 25,3% | 26,4% | 23,3% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken |
Werkende vs werkloze beroepsbevolking
Onderstaande tabel toont het verschil in deelnemingspercentage tussen de werkende en de werkloze beroepsbevolking. Het valt op dat het percentage onder de werkloze beroepsbevolking hoger ligt dan onder de werkzame beroepsbevolking.
Deelname Leven Lang Leren | Werkloze beroepsbevolking | Werkzame beroepsbevolking |
Totaal | 30,4% | 28,8% |
Mannen | 28,7% | 27,0% |
Vrouwen | 32,0% | 30,8% |
Bron: CBS, Leven Lang Leren; beroepsbevolking |
Conclusies en interpretatie
[volgt nog]
Onderzoeksmethode
In dit onderzoek is de deelname aan een Leven Lang Leren van de werkende beroepsbevolking in Nederland en Europa onderzocht op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en Eurostat m.b.t. de werkzame beroepsbevolking van 25 tot 65 jaar.
Definitie van deelname aan 'Leven Lang Leren'
Onder Leven Lang Leren vallen alle opleidingen en cursussen die personen volgen of recent gevolgd hebben. Het kan dan gaan om formele opleidingen en/of niet-formele onderwijsactiviteiten zoals cursussen, workshops of privélessen.
De methode die gebruikt is voor het samenstellen de cijfers van het CBS is te vinden in de onderzoeksbeschrijving van de Enquête Beroepsbevolking (EBB). De cijfers van het CBS komen overeen met de Nederlandse cijfers die door Eurostat gepubliceerd zijn.
Datasets
Alle uitkomsten in dit onderzoek zijn gebaseerd op data uit de onderstaande datasets:
- CBS: Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, bedrijfskenmerken
- CBS: Leven Lang Leren; werkzame beroepsbevolking, arbeidskenmerken
- CBS: Leven Lang Leren; bevolking
- Eurostat: Participation rate in education and training (last 4 weeks) by sex, age and labour status (employed persons)
Geen focus op verschillen met voorgaande jaren
Vanwege wijzigingen in het onderzoeksdesign en de vragenlijst van de Enquête Beroepsbevolking (EBB) van het CBS in 2021 zijn de cijfers van 2021 niet een-op-een vergelijkbaar met eerdere jaren. We hebben er daarom voor gekozen om in dit onderzoek geen focus te leggen op verschillen met voorgaande jaren.